Vinnetje en de open zee,

Vinnetje was een klein visje. Hij zwom in de zee. daar woonde hij, samen met zijn¨papa, mama en kleine zusje Stara. Ze waren heel gelukkig. Vinnetje had heel veel vriendjes. Iedere dag uit school speelden ze verstoppertje.

Op een dag zwom Vinnetje in het rond. Hij verveelde zich een beetje. Hij wilde een avontuur beleven vandaag. Hij was een heel nieuwsgierig visje. Hij wilde altijd alles weten en dacht ook dat hij zelf alles wist.

In de verte zag hij open water. Daar groeide geen zeeplanten zoals bij hem thuis. Er zwommen daar wel een heleboel vissen. Vinnetje wilde daar graag naartoe. Hij wilde met de andere vissen spelen.

Onderweg naar de open zee kwam hij een vriendje tegen. Samen zwommen ze verder.

Vinnetje en zijn vriendje keken hun ogen uit.

De andere vissen zagen Vinnetje en zijn vriendje niet zwemmen. Ze waren veel te veel met zichzelf bezig. Ze vonden zo´n klein gekleurd visje veel te min. Het viel veel te veel op tussen de grauwe vissen. “Hij hoort hier niet” dachten de andere vissen. “Zo´n opschepper!”

Vinnetje sprak een paar vissen aan.

“Hallo! Zullen we gaan spelen?”

Maar de andere vissen zwommen gewoon door.

Toen Vinnetje weer terug wilde naar zijn veilige zeeplantenrijk werd hij onderste boven gezwommen door een grote vis. “ Opzij! Opzij! Onderkruipsel! Je zwemt in de weg!” Riep¨hij.

Een heleboel andere vissen zwommen ook tegen vinnetje aan. Hij kreeg klap na klap te verduren. De vissen waren duidelijk opde vlucht voor iets. Vinnetje spoeg wel drie keer over de kop. Bewusteloos hing hij in het water. Langzaam zakte hij naar de bodem.

“Vinnetje! Vinnetje! Pas op een HAAI!” Riep zijn vriendje. Maar Vinnetje hoorde niets. Hij viel nog steeds en bleef stil op het witte zand liggen. Het vriendje zwom naar Vinnetje toe. “Vinnetje! wordt wakker alsjeblieft!” Riep hij. “ Er zwemmen hier haaien rond! We moeten snel naar huis!” Maar Vinnetje had zulke harde klappen met de vissenstaarten gekregen dat hij nog steeds bewusteloos was.

Het andere visje moest nu snel een plan bedenken om Vinnetje voor de hongerige haaien te verstoppen. Gelukkig kende hij nog een trucje dat hij altijd bij verstoppertje spelen deed. Hij zwiepte met zijn staartje in het zand. Dat deed hij net zo lang tot Vinnetje helemaal onder het zabd was verdwenen. Zelf wurmde hij zich ook onder het zand. Nu lagen beide visjes verstopt onder het witte zand. Dat was net op tijd want èèn van de haaien had de twee visjes gezien en zwom er nu naar toe.

Boven de plek waar Vinnetje en zijn vriendje verstopt lagen, zwom de haai rondjes. Hij zag ze niet meer.

Teleurgesteld zwom hij weg. Maar met zijn staart maakte hij zoveel beweging in het water, dat het zand dat over het vriendje van Vinnetje lag, compleet werd weggeblazen! Daar lag hij, bloot met zijn vinnetjes voor zijn ogen.`“Mij zien ze niet! Mij zien ze niet!” Zei hij zachtjes.

Een andere haai die nu naderbij kwam zag het visje in het zand liggen. Met zijn neus snoof hij het kleine visje helemaal uit het zand. Plotseling schoot Vinnetje uit het zand omhoog. Door al het zand in het water kon de haai de twee visjes niet meer zien. Vinnetje zag zijn kans schoon om samen met zijn vriendje te ontsnappen. Op goed geluk zwommen ze naar het ze¨plantenrijk. Daar was het veilig. De open zee was veel te gevaarlijk voor een opvallend gekleurd visjeals Vinnetje was.

Iedere keer als er nu een visje vanuit het zeeplantenrijk naar de open zee wil zwemmen wordt het verhaal van Vinnetje en dappere vriendje verteld. Dan blijven ze toch maar liever in het plantenrijk want opgegeten worden, dat wil niemand.

Dit is een verhaaltje dat ik een paar jaar geleden heb geschreven voor mijn kinderen. zij waren toen zes en vier jaar oud.

Ik ben benieuwd wat jullie hervan vinden.

Graag reacties.

Groeten Faleria